Blog Ben Ponsioen
Talentontwikkeling
In 1995 werd ik in de gelegenheid gesteld om twee weken stage te lopen op het INSEP in Parijs en bij het CREPS in Lille.
INSEP - Het nationale Franse Sportcentrum, waar bijv. Tony Parker, Boris Diaw en Sandrine Gruda hun basketball opleiding hebben gekregen.
CREPS - Een regionaal sportcentrum hier zette Nando de Colo zijn eerste basketball stappen.
Daar ik zeer onder de indruk was van dit Franse systeem heb ik destijds voorstellen gedaan om te komen tot een Nederlandse versie van dit (sportbrede) talentontwikkeling systeem. Eén Nationale basketball school en 5 regionale basketbal scholen ( 5 rayons) waar spelers en speelsters van 14 -18 jaar hun basketball opleiding zouden krijgen in combinatie met reguliere schoolopleiding, met dien verstande, dat ze bij hun eigen club zouden blijven spelen. Hieraan gekoppeld een coaches opleiding d.mv. een coaches piramide met aan het hoofd de Nationale team coach (verantwoordelijk voor de Nationale basketball school) en 5 rayoncoaches (verantwoordelijke voor de rayonscholen) die alle coachopleidingen zouden moeten verzorgen. Helaas is destijds door gebrek aan visie en het ontbreken van middelen het er nooit van gekomen.
In de huidige situatie is er een CTO aan de vrouwenkant. Echter men heeft daar de grote fout gemaakt om de talenten weg te halen bij de clubs, zodat er nu nauwelijks sprake is van een volwaardige dames eredivisie.
Aan de mannenkant is er geen CTO. Het is wel geprobeerd met de ‘87-’88-‘89 selectie (Roeland Schaftenaar, Henk Norel, Mohamed Kherrazi, Robin Smeulders) Er was genoeg interesse, het is echter niet van de grond gekomen i.v.m. tegenstrijdige belangen. Er zijn wel een aantal RTC’s ,maar die zijn gelieerd aan de grote clubs: Donar Groningen in Noord, Leiden en Rotterdam in West, Den Bosch en Weert in Zuid en Landstede in Oost. Hierbij zijn er 2 grote problemen; ten eerste de continuïteit op lange termijn. Door het wegvallen van sponsors wordt het eerst gekort op het budget van de jeugdopleiding (Groningen, Den Bosch, Amsterdam). Ten tweede worden de (te) jonge talenten weggeplukt bij de meestal kleinere clubs.
De opleiding van coaches is momenteel zeer afhankelijk van persoonlijk initiatief van individuele coaches of van clubs, die een cursus willen organiseren. Er is geen gestructureerd plan, waarin jaarlijks een vast aantal coaches worden opgeleid voor alle niveaus. Door het veranderde systeem (mini-trainer – JTB – A – B – C trainer naar BT1 – BT2 – BT3 – BT4 – BT5) zijn er leemtes ontstaan. BT1 wordt niet gegeven, BT2 en BT3 wordt vaak door clubs worden georganiseerd, BT4 is afhankelijk van het aantal geïnteresseerde coaches en het volgen van een BT5 cursus wordt vrijwel onmogelijk gemaakt door de hoge kosten.
Opleiding van coaches
BT 1
Een basisopleiding voor ouders en jeugdleden vanaf 16 jaar (vergelijk met de ABO uit vroeger tijden) ten bate van U10 en U12), waarin basketball specifiek uitgewerkte trainingen worden aangeboden. En waar vooral op speelse wijze de basistechniek schieten, lay up. passen en dribbelen juist worden aangeleerd. In elke afdeling (rayon) minimaal twee cursussen per seizoen gegeven door de afdeling (rayon) coaches.
BT 2
Een basisopleiding voor beginnende (jeugd)coaches, waarin vooral aandacht wordt besteed aan het aanleren van de technische Fundamentals. In elke afdeling minimaal twee cursussen per seizoen door NBB gecertificeerde coaches of instituten (DBA)
BT 3
Een vervolgopleiding voor coaches, waarin vooral aandacht wordt besteed aan het aanleren van de tactische Fundamentals. In elke afdeling minimaal twee cursussen per seizoen door NBB gecertificeerde coaches of instituten (DBA)
BT 4
De hoogste basketball opleiding voor coaches op landelijk niveau, waarin aandacht wordt besteed aan de meest recente ontwikkelingen op basketball gebied in principe, alleen in combinatie met een ALO opleiding Dus een applicatie cursus gegeven, minimaal eenmaal per seizoen, door Nationaal Team coaches en buitenlandse coaches.
BT 5
Elk jaar worden er twee coaches (door de NBB aangewezen) is staat gesteld (Bondssubsidie) een BT5 cursus (sportoverstijgend) te volgen op de ALO's van de hogescholen van Amsterdam of Groningen. Zij krijgen een FIBA licentie en worden in principe toegevoegd aan de Nationale team staven.
Opleiding van spelers – speelsters
Op de eerste plaats gaat het om talentherkenning, dus moeten er op verschillende leeftijden testen worden gedaan bij alle clubs in het hele land om het talent te detecteren. (In Frankrijk werden er al in 1995 testen afgenomen op 12 jarige leeftijd bij alle clubs)
Uitgaande van het feit, dat talent verspreid aanwezig is door het hele land, is de kans dat talent bij kleine clubs ontdekt wordt zeker zo groot als bij de grote (eredivisie) clubs. Er moet dus een twee sporen beleid worden ontwikkeld.
Licenties en Competities
De NBB stelt een licentie beleid op, waarin de opleiding van spelers centraal staat. Competities worden aangepast aan de huidige ontwikkelingen. In willekeurige volgorde:
Ten slotte:
De meeste van deze voorstellen kosten veel geld. ( Wie heeft er nog een Rembrandt op zolder?) Toch lijken mij een aantal ideeën te verwezenlijken zeker nu de Rayons zijn afgeschaft. M.I. heeft het zin om een aantal stappen te maken om dit `twee sporen beleid` in te voeren.
• `Hegerplan` gemoderniseerd herinvoeren
• Licentie beleid zodanig gefaseerd invoeren, dat talentontwikkeling gewaarborgd wordt
• Gefaseerd opzetten van Nationale en Regionale basketball scholen onder regie van de NBB
• Een stappenplan maken; dit plan voorleggen aan alle NBB leden, indienen bij
• NOC/ NSF en proberen Sponsoren te interesseren
INSEP - Het nationale Franse Sportcentrum, waar bijv. Tony Parker, Boris Diaw en Sandrine Gruda hun basketball opleiding hebben gekregen.
CREPS - Een regionaal sportcentrum hier zette Nando de Colo zijn eerste basketball stappen.
Daar ik zeer onder de indruk was van dit Franse systeem heb ik destijds voorstellen gedaan om te komen tot een Nederlandse versie van dit (sportbrede) talentontwikkeling systeem. Eén Nationale basketball school en 5 regionale basketbal scholen ( 5 rayons) waar spelers en speelsters van 14 -18 jaar hun basketball opleiding zouden krijgen in combinatie met reguliere schoolopleiding, met dien verstande, dat ze bij hun eigen club zouden blijven spelen. Hieraan gekoppeld een coaches opleiding d.mv. een coaches piramide met aan het hoofd de Nationale team coach (verantwoordelijk voor de Nationale basketball school) en 5 rayoncoaches (verantwoordelijke voor de rayonscholen) die alle coachopleidingen zouden moeten verzorgen. Helaas is destijds door gebrek aan visie en het ontbreken van middelen het er nooit van gekomen.
In de huidige situatie is er een CTO aan de vrouwenkant. Echter men heeft daar de grote fout gemaakt om de talenten weg te halen bij de clubs, zodat er nu nauwelijks sprake is van een volwaardige dames eredivisie.
Aan de mannenkant is er geen CTO. Het is wel geprobeerd met de ‘87-’88-‘89 selectie (Roeland Schaftenaar, Henk Norel, Mohamed Kherrazi, Robin Smeulders) Er was genoeg interesse, het is echter niet van de grond gekomen i.v.m. tegenstrijdige belangen. Er zijn wel een aantal RTC’s ,maar die zijn gelieerd aan de grote clubs: Donar Groningen in Noord, Leiden en Rotterdam in West, Den Bosch en Weert in Zuid en Landstede in Oost. Hierbij zijn er 2 grote problemen; ten eerste de continuïteit op lange termijn. Door het wegvallen van sponsors wordt het eerst gekort op het budget van de jeugdopleiding (Groningen, Den Bosch, Amsterdam). Ten tweede worden de (te) jonge talenten weggeplukt bij de meestal kleinere clubs.
De opleiding van coaches is momenteel zeer afhankelijk van persoonlijk initiatief van individuele coaches of van clubs, die een cursus willen organiseren. Er is geen gestructureerd plan, waarin jaarlijks een vast aantal coaches worden opgeleid voor alle niveaus. Door het veranderde systeem (mini-trainer – JTB – A – B – C trainer naar BT1 – BT2 – BT3 – BT4 – BT5) zijn er leemtes ontstaan. BT1 wordt niet gegeven, BT2 en BT3 wordt vaak door clubs worden georganiseerd, BT4 is afhankelijk van het aantal geïnteresseerde coaches en het volgen van een BT5 cursus wordt vrijwel onmogelijk gemaakt door de hoge kosten.
- Daar m.i. Talentontwikkeling in de eerste plaats afhankelijk is van het niveau van de coaching komt de opleiding van coaches op de eerste plaats.
- Coaches zouden veel meer via het onderwijs (ALO, CIOS en S&B opleidingen) geschoold moeten worden, zodat coaches veel meer Pedagogisch, Methodisch en Didactisch (Motorisch Leren) onderlegd worden.
- Applicatiecursussen ( door Nationaal Team coaches, buitenlandse coaches) moeten ervoor zorgen, dat het Basketball technisch/tactisch niveau gewaarborgd blijft. De NBB neemt op alle niveaus de PVB’s af en houdt zo de regie over de opleidingen.
Opleiding van coaches
BT 1
Een basisopleiding voor ouders en jeugdleden vanaf 16 jaar (vergelijk met de ABO uit vroeger tijden) ten bate van U10 en U12), waarin basketball specifiek uitgewerkte trainingen worden aangeboden. En waar vooral op speelse wijze de basistechniek schieten, lay up. passen en dribbelen juist worden aangeleerd. In elke afdeling (rayon) minimaal twee cursussen per seizoen gegeven door de afdeling (rayon) coaches.
BT 2
Een basisopleiding voor beginnende (jeugd)coaches, waarin vooral aandacht wordt besteed aan het aanleren van de technische Fundamentals. In elke afdeling minimaal twee cursussen per seizoen door NBB gecertificeerde coaches of instituten (DBA)
BT 3
Een vervolgopleiding voor coaches, waarin vooral aandacht wordt besteed aan het aanleren van de tactische Fundamentals. In elke afdeling minimaal twee cursussen per seizoen door NBB gecertificeerde coaches of instituten (DBA)
BT 4
De hoogste basketball opleiding voor coaches op landelijk niveau, waarin aandacht wordt besteed aan de meest recente ontwikkelingen op basketball gebied in principe, alleen in combinatie met een ALO opleiding Dus een applicatie cursus gegeven, minimaal eenmaal per seizoen, door Nationaal Team coaches en buitenlandse coaches.
BT 5
Elk jaar worden er twee coaches (door de NBB aangewezen) is staat gesteld (Bondssubsidie) een BT5 cursus (sportoverstijgend) te volgen op de ALO's van de hogescholen van Amsterdam of Groningen. Zij krijgen een FIBA licentie en worden in principe toegevoegd aan de Nationale team staven.
Opleiding van spelers – speelsters
Op de eerste plaats gaat het om talentherkenning, dus moeten er op verschillende leeftijden testen worden gedaan bij alle clubs in het hele land om het talent te detecteren. (In Frankrijk werden er al in 1995 testen afgenomen op 12 jarige leeftijd bij alle clubs)
Uitgaande van het feit, dat talent verspreid aanwezig is door het hele land, is de kans dat talent bij kleine clubs ontdekt wordt zeker zo groot als bij de grote (eredivisie) clubs. Er moet dus een twee sporen beleid worden ontwikkeld.
- De grote (eredivisie) clubs leiden hun eigen talent op. Het ronselen van spelers van kleine clubs wordt ontmoedigd door licentie beleid (zie Licentiebeleid) en opleidingsvergoedingen. Nu worden spelers geronseld van kleine clubs op zeer jonge leeftijd en twee jaar later is er bijv geen budget meer door wegvallen van sponsor en valt het hele jeugdplan in duigen. (Amsterdam, Rotterdam, Nijmegen, Den Helder)
- Het ´Hegerplan´gemoderniseerd weer invoeren De RTC´s moeten worden gekoppeld aan de 5 afdelingen (rayons) en op deze regionale Basketbalscholen wordt talent vanaf 12 jaar opgeleid in combinatie met onderwijs. De spelers blijven minimaal tot hun 16de (U16) lid van hun eigen club.
Licenties en Competities
De NBB stelt een licentie beleid op, waarin de opleiding van spelers centraal staat. Competities worden aangepast aan de huidige ontwikkelingen. In willekeurige volgorde:
- Elke eredivisie vereniging heeft verplicht een U18 en U20 team op het hoogste niveau. De U20 competitie speelt vooraf aan de eredivisie competitie en er zitten minimaal 3 spelers uit de U20 op de bank van het eredivisie team.
- Alle U22 competities en de U24 competitie worden afgeschaft.
- In alle afdelingen is er een Hoogste competitie, waarin alleen eerste teams van clubs spelen; de kampioenen spelen om een Nationale titel
- De toernooien t.b.v. de beker worden afgeschaft; er is een open inschrijving. Er worden regionale voorrondes gehouden met uit en thuis wedstrijden, daarna stromen de landelijke divisies in
- Er is een eredivisie ( het liefst onder auspiciën van de NBB), een promotie divisie en een eerste divisie. De rest van de clubs spelen in de afdelingen.
- Geen Nationale competities U12, U14 en U16. Wel landelijke play offs
- Geen overschrijving toestaan van spelers U16, dubbele licenties blijven mogelijk
- Invoeren van een opleidingsvergoeding
Ten slotte:
De meeste van deze voorstellen kosten veel geld. ( Wie heeft er nog een Rembrandt op zolder?) Toch lijken mij een aantal ideeën te verwezenlijken zeker nu de Rayons zijn afgeschaft. M.I. heeft het zin om een aantal stappen te maken om dit `twee sporen beleid` in te voeren.
• `Hegerplan` gemoderniseerd herinvoeren
• Licentie beleid zodanig gefaseerd invoeren, dat talentontwikkeling gewaarborgd wordt
• Gefaseerd opzetten van Nationale en Regionale basketball scholen onder regie van de NBB
• Een stappenplan maken; dit plan voorleggen aan alle NBB leden, indienen bij
• NOC/ NSF en proberen Sponsoren te interesseren